Apotheek Neumann

Medische Encyclopedie

Inhoud

pasireotide

Pasireotide lijkt op het lichaamseigen hormoon somatostatine. Het remt de aanmaak van veel soorten hormonen, onder andere het groeihormoon en corticotropine.

Artsen schrijven pasireotide voor bij teveel aan groeihormoon (acromegalie) en bij de ziekte van Cushing als een operatie niet mogelijk is of onvoldoende werkt.

Wat doet pasireotide en waarbij gebruik ik het?

Teveel aan groeihormoon

Groeihormoon (somatotropine of somatropine) is een lichaamseigen hormoon, gemaakt door de hypofyse, een orgaan in de hersenen.

Oorzaak
Een teveel aan groeihormoon veroorzaakt acromegalie. Het teveel aan groeihormoon is meestal het gevolg van een goedaardige tumor in de hypofyse.

Door het teveel aan groeihormoon groeien uw vingers, tenen, handen, voorhoofd, kin, lippen en neus door. Verder hebben mensen vaak last van hoofdpijn, zweten, gewrichtspijn en tintelingen.

Behandeling
Meestal is een hersenoperatie of bestraling nodig om de tumor in de hypofyse weg te halen. Artsen schrijven pasireotide voor als een operatie niet mogelijk is of onvoldoende effect heeft. Artsen kunnen het ook voorschrijven als andere medicijnen met hormonen die lijken op het lichaamseigen hormoon somatostatine onvoldoende werken.

Werking
Pasireotide remt de aanmaak van het groeihormoon. Het vermindert zo de verschijnselen van acromegalie. 

Lees meer over teveel aan groeihormoon . “

Ziekte van Cushing

Oorzaak
De buitenkant van de bijnieren (de ‘schors’), maakt onder andere cortisol, mannelijke geslachtshormonen en aldosteron (een hormoon van belang voor de bloeddruk). De ‘opdracht’ om deze hormonen te maken komt van de hypofyse. De hypofyse is een klier in de hersenen.

Bij de ziekte van Cushing maakt de bijnierschors te veel bijnierschorshormoon aan. Dit komt meestal door een goedaardige tumor in de hypofyse. Maar het kan ook komen door een tumor in een van de bijnieren of ergens anders in het lichaam. 

Behandeling
Bij de ziekte van Cushing kan een operatie aan de hypofyse of de bijnieren nodig zijn. Artsen schrijven pasireotide voor als een operatie niet mogelijk is of onvoldoende werkt.

Werking
Pasireotide remt de aanmaak van corticotropine. Het vermindert zo de verschijnselen van de ziekte van Cushing.

Lees meer over ziekte van cushing . “

Wat zijn mogelijke bijwerkingen?

Soms (bij 10 tot 30 op de 100 mensen)

  • Maagdarmklachten, zoals diarree, buikpijn en misselijk zijn. 

    Zelden overgeven, pijn in de bovenbuik, opgezette buik en minder eetlust.

  • Galstenen en ontsteking van de galblaas. 

    • Meestal merkt u dit niet, maar zelden kan een heftige pijn optreden in uw bovenbuik (koliekpijn). De pijn is dan zo hevig dat u ook misselijk bent en moet overgeven.
    • Waarschuw bij deze verschijnselen een arts.
  • Moe zijn

  • Te veel suiker in het bloed. Zeer zelden te weinig suiker in het bloed

    • Een te hoge bloedsuiker kan ontstaan doordat de alvleesklier te weinig insuline aanmaakt. U merkt dat doordat u meer dorst heeft, veel moet drinken en plassen. Waarschuw dan uw arts. 
    • U merkt een te laag bloedsuiker aan duizelig en verward zijn, zweten, trillen, hartkloppingen en flauwvallen. Waarschuw dan uw arts.
    • Controleer vaker uw bloedglucose. Uw arts zal ook voor, tijdens en na de behandeling regelmatig uw bloedglucose controleren.
    • Raadpleeg uw arts als u last heeft van een te hoge of te lage bloedglucose. Mogelijk moet de dosering van uw medicijnen tegen diabetes worden aangepast.
  • Reacties op de plaats van injectie, zoals pijn, rode huid, blauwe plek of bloeding.

Zelden (bij 1 tot 10 op de 100 mensen)

  • Hoofdpijn

  • Duizelig zijn

  • Pijn aan de spieren en gewrichten.

  • Trage hartslag

  • Een hoger risico op hartritmestoornissen. U kunt last krijgen van plots duizelig zijn of even buiten bewustzijn raken. Dit is vooral van belang voor ouderen en mensen met een bepaalde hartritmestoornis, namelijk het verlengde QT-interval. Gebruik dit middel NIET als u deze hartritmestoornis heeft. 

    • Overleg met uw arts. Mogelijk kunt u overstappen op een ander middel.
    • Uw arts zal voor en tijdens de behandeling uw hartritme controleren met een hartfilmpje. 
  • Bloedarmoede doordat het lichaam te weinig rode bloedcellen aanmaakt. 

    • Zeer zelden ontstaat het doordat uw lichaam de rode bloedcellen te snel afbreekt. 
    • U merkt bloedarmoede aan erge moeheid, een bleke huid of een snelle hartslag. Uw arts zal uw bloed regelmatig controleren.
  • Lagere bloeddruk. Hierdoor kunt u duizelig worden.

    Als u zich duizelig voelt, sta dan niet te snel op uit bed of van een stoel. U kunt dan het best even liggen en de benen wat hoger leggen, bijvoorbeeld op een kussen. Blijft u last houden? Bespreek dit dan met uw arts.

  • Jeuk 

  • Problemen met de afvoer van gal. U kunt dan een gele huid krijgen, donkere kleur van uw urine, een lichte kleur van uw poep en jeuk. 

    Waarschuw direct uw arts als u hier last van heeft.

  • Kaalheid of haaruitval

    Het haar maakt groei- en rustperiodes door. Een medicijn kan ervoor zorgen dat de haren sneller in de rustperiode komen. Daardoor valt het sneller uit. Dit blijft niet voor altijd bestaan. Als u stopt met dit medicijn, zal uw haar weer groeien.

  • Minder goed werkende bijnierschors.

    • Pasireotide remt sterk de aanmaak van het hormoon corticotropine door de hypofyse. U kunt daardoor last hebben van een minder goed werkende bijnierschors. 
    • U merkt dit aan klachten als erg zwak en moe zijn, afvallen, misselijk zijn, overgeven of een lagere bloeddruk. Waarschuw direct uw arts als u hier last van heeft.
    • Uw arts kan voor en tijdens de behandeling de werking van uw hypofyse controleren.
  • Leverschade. U kunt dit merken aan een gevoelige, opgezwollen buik, buikpijn of een gele verkleuring van het oogwit of van de huid. Waarschuw dan meteen uw arts. 

    Uw arts zal voor en tijdens de behandeling regelmatig uw leverfunctie controleren.

Uitleg frequenties

Regelmatig : bij meer dan 30 op de 100 mensen
Soms : bij 10 tot 30 op de 100 mensen
Zelden : bij 1 tot 10 op de 100 mensen
Zeer zelden : bij minder dan 1 op de 100 mensen

Mag ik pasireotide gebruiken met andere medicijnen?

Er zijn van dit middel geen belangrijke wisselwerkingen met andere medicijnen bekend.

Kan ik met dit medicijn autorijden, alcohol drinken en alles eten of drinken?

autorijden?
Dit medicijn kan bijwerkingen veroorzaken, zoals duizelig zijn en moeheid. Heeft u hier last van? Dan mag u niet autorijden. Het kan gevaarlijk zijn aan het verkeer deel te nemen zo lang u last heeft van deze bijwerkingen. Ook als de dosering omhoog of omlaag gaat, kunt u (extra) last hebben van deze bijwerkingen.

Gebruikt u ook andere medicijnen die deze bijwerkingen geven? Let er dan op dat u meer last kunt hebben van deze bijwerkingen.

Voor meer algemene informatie kunt u het thema ‘Medicijnen in het verkeer‘ lezen. In dit thema leest u bijvoorbeeld wat de wet zegt over medicijnen in het verkeer. Ook vindt u adviezen waarmee u rekening moet houden als u wel (weer) mag autorijden.

alcohol?
Let op alcohol kan u meer duizelig en moe maken. Gebruik liever geen alcohol als u dit medicijn gebruikt.

eten en drinken?
U mag eten en drinken zoals u normaal doet.

Mag ik dit medicijn gebruiken als ik zwanger ben, wil worden of borstvoeding geef?

Zwangerschap
Overleg met uw arts. U kunt dit medicijn beter NIET gebruiken als u zwanger bent of binnenkort wilt worden. Over het gebruik van dit medicijn tijdens de zwangerschap is nog te weinig bekend. Meld het in elk geval aan uw arts en apotheker zodra u zwanger bent of binnenkort wilt worden. Zo mogelijk kunt u (tijdelijk) overstappen op een ander medicijn.

Borstvoeding
Wilt u borstvoeding geven, overleg dan met uw arts. U kunt dit medicijn beter NIET gebruiken als u borstvoeding geeft. Het is niet bekend of dit medicijn in de moedermelk terechtkomt en of het schadelijk voor de baby is. Mogelijk kan uw arts u (tijdelijk) een ander medicijn voorschrijven, waarvan wel bekend is dat u het veilig kunt gebruiken. Of u kunt flesvoeding geven.

Hoe gebruik ik dit medicijn?

Hoe?

  • Teveel aan groeihormoon: u krijgt dit medicijn via een injectie in uw spier.
  • Ziekte van Cushing: u krijgt dit medicijn via een injectie onder uw huid of in uw spier.

Krijgt u dit medicijn via een injectie onder uw huid? Dan kunt u dit medicijn zelf thuis toedienen. Van de arts of verpleegkundige van het ziekenhuis krijgt u een uitgebreide instructie. Vraag om extra uitleg als u nog vragen heeft over hoe u de injectie onder uw huid toedient. Het zelf injecteren van dit medicijn is niet eenvoudig.

Kies elke keer een andere injectieplaats. Dit maakt de kans op pijn en irritatie van de injectieplaats kleiner.

Krijgt u dit medicijn via een injectie uw spier? Dan wordt dit medicijn in het ziekenhuis gegeven door een gespecialiseerde verpleegkundige of arts.

Wanneer?

  • Via een injectie in uw spier: u krijgt dit medicijn elke 4 weken.
  • Via een injectie onder uw huid: u krijgt dit medicijn 2 keer per dag. Kies vaste tijdstippen waarop u dit medicijn gebruikt. Dan vergeet u minder snel een injectie.

Hoe lang?
Uw arts bepaalt hoe lang u dit medicijn moet gebruiken. De behandeling gaat door zolang u klachten heeft en het medicijn blijft werken.

Terug naar overzicht