Apotheek Neumann

Medische Encyclopedie

Inhoud

repaglinide

Repaglinide is een verlager van het bloedsuiker. Het vermindert uw bloedsuiker.

Artsen schrijven het voor bij diabetes mellitus (suikerziekte).

Wat doet repaglinide en waarbij gebruik ik het?

Diabetes mellitus

Repaglinide wordt gebruikt bij type-2-diabetes. Dit type diabetes werd vroeger ouderdomsdiabetes genoemd.

Verschijnselen
Bij diabetes is het bloedsuiker te hoog. Dit veroorzaakt dorst, een droge mond, veel plassen, wazig zien, moeheid, lusteloosheid en slecht genezende wonden. Verder is een te hoog bloedsuiker schadelijk voor de ogen, het hart de nieren en de zenuwen.

Oorzaak
Hoe ontstaat dit te hoge bloedsuiker? Na een maaltijd maakt het lichaam suiker uit koolhydraten, die bijvoorbeeld in brood en aardappels zitten. De suiker die zo in het bloed komt, kan worden gebruikt als brandstof, bijvoorbeeld door de hersenen. Ook slaan de lever en de spieren suiker op, als voorraad voor later. Hiervoor hebben ze insuline nodig. Insuline wordt in de alvleesklier gemaakt.

Bij type-2-diabetes zijn de lever en spieren minder gevoelig voor insuline. Er is dan meer insuline van de alvleesklier nodig. Soms kan de alvleesklier niet zoveel insuline aanmaken. Het gevolg is dat niet alle suiker wordt opgeslagen en uw bloedsuiker stijgt.

Behandeling
Om uw bloedsuiker te verlagen, kunt u meer bewegen en minder calorierijk eten. Het lichaam wordt dan weer gevoeliger voor insuline. Hierdoor is er minder insuline nodig om de suiker uit uw bloed op te nemen.

Als dit niet voldoende helpt, zal uw arts meestal een bloedsuikerverlagend medicijn voorschrijven. Dit verkleint de kans op schade aan het lichaam (bijvoorbeeld de ogen en de zenuwen) op de lange termijn. In het algemeen schrijft uw arts eerst metformine voor, een andere bloedsuikerverlager.

Uw arts kan repaglinide voorschrijven als metformine alleen niet voldoende werkt. Ook schrijven artsen repaglinide voor bij mensen met een verminderde nierwerking , omdat dit medicijn daar veilig bij gebruikt kan worden.

Werking
Repaglinide stimuleert de alvleesklier om meer insuline af te geven. Ook remt het de aanmaak van suiker in de lever. Beide effecten zorgen ervoor dat uw te hoge bloedsuiker verdwijnt en uw bloedsuiker dus daalt.

Repaglinide werkt binnen 30 minuten na inname kort voor de maaltijd, waarna de werking gedurende de maaltijd aanhoudt.

Effect
De verschijnselen van diabetes nemen geleidelijk af. Dorst, vaak plassen en een droge mond verdwijnen meestal binnen enkele dagen. Vermoeidheidsklachten verminderen meestal binnen enkele weken. Behalve als uw vermoeidheid door iets anders komt dan door de diabetes.

Het is belangrijk dat u dit medicijn uw leven lang elke dag inneemt. Op de lange termijn zult u dan minder kans hebben op oogschade, nierproblemen, slecht genezende wonden en zenuwpijn.

Lees meer over diabetes mellitus . “

Wat zijn mogelijke bijwerkingen?

Zelden (bij 1 tot 10 op de 100 mensen)

  • Een te laag bloedglucose (hypo). Dit kan vooral ontstaan als u erg onregelmatig eet (bijvoorbeeld als u een maaltijd overslaat) of als u zich lichamelijk flink heeft ingespannen. Ook als u per ongeluk te veel van het medicijn heeft ingenomen kan een 'hypo' optreden. U kunt een 'hypo' herkennen aan de volgende verschijnselen: honger, een wisselend humeur, verwardheid, hoofdpijn, vermoeidheid, duizeligheid, bleek gezicht, wazig zien, beven, zweten en hartkloppingen.

    U kunt deze verschijnselen opheffen door iets te eten of te drinken, bijvoorbeeld druivensuiker, of eventueel suikerklontjes, een lepel honing, extra zoete limonade of een sportdrank. Houd daarom altijd een van deze voedingsmiddelen bij de hand. Kunstmatige zoetstoffen hebben overigens geen effect, dus neem bij een 'hypo' geen 'light' drankje. In ernstige gevallen kunt u door een 'hypo' buiten bewustzijn raken. Er moet dan direct een arts worden gewaarschuwd.

  • Maagdarmklachten, zoals buikpijn en diarree.

    Zeer zelden treedt braken, verstopping en misselijkheid op. Deze bijwerkingen gaan meestal na enkele dagen over gaan, als u aan het medicijn gewend bent. Blijft u hier last van houden, overleg dan met uw arts.

  • Wazig zien in het begin van de behandeling. Ook kan uw gezichtvermogen de eerste maanden veranderen.

    Dit komt doordat uw ogen aan de veranderingen in de bloedglucose moeten wennen. Wacht dus liefst nog een aantal weken met het aanmeten van een (nieuwe) leesbril.

  • Gewichtstoename

    Houd uw gewicht daarom goed in de gaten en bespreek met uw arts of diëtist wat u moet doen als u zwaarder wordt.

Zeer zelden (bij minder dan 1 op de 100 mensen)

  • Overgevoeligheid voor dit medicijn. Dit kan zich uiten in huiduitslag, jeuk, roodheid van de huid en galbulten.

    Raadpleeg uw arts. Een ernstige overgevoeligheid merkt u aan benauwdheid of een opgezwollen gezicht. Neem dan meteen contact op met een arts. U mag dit medicijn daarna niet meer gebruiken. Geef daarom aan de apotheker door dat u overgevoelig bent voor repaglinide. Het apotheekteam kan er dan op letten dat u dit medicijn niet opnieuw krijgt.

Uitleg frequenties

Regelmatig : bij meer dan 30 op de 100 mensen
Soms : bij 10 tot 30 op de 100 mensen
Zelden : bij 1 tot 10 op de 100 mensen
Zeer zelden : bij minder dan 1 op de 100 mensen

Mag ik repaglinide gebruiken met andere medicijnen?

Dit medicijn heeft wisselwerkingen met andere medicijnen.

In de tekst hieronder staan alleen de werkzame stoffen van deze medicijnen, dus niet de merknamen. Of uw medicijn een van die werkzame stoffen bevat, kunt u nagaan in uw bijsluiter onder het kopje ‘samenstelling’.

De medicijnen waarmee de belangrijkste wisselwerkingen optreden, zijn de volgende.

  • Andere bloedsuikerverlagende medicijnen. Door de combinatie kunt u sneller last krijgen van een ‘hypo’. Vaak is het de bedoeling verschillende bloedsuikerverlagers samen te gebruiken, als een van deze medicijnen afzonderlijk niet meer voldoende werkt.
  • Bètablokkers. Dit zijn hart-vaatmedicijnen die worden gebruikt bij hoge bloeddruk, hartkramp, hartritmestoornissen, migraine en examenvrees. Bijvoorbeeld atenolol, metoprolol, propranolol en sotalol. Ook bevinden zich bètablokkers in sommige oogdruppels tegen verhoogde oogboldruk, bijvoorbeeld timolol.Wanneer u een bètablokker gebruikt, voelt u minder snel dat u een ‘hypo’ heeft. Dat komt omdat de bètablokker de waarschuwende signalen zoals trillen en hartkloppingen onderdrukt. Andere verschijnselen, zoals zweten, wazig zien en hongergevoel verdwijnen niet. Let daarom extra op deze laatste verschijnselen.
  • Gemfibrozil, een medicijn gebruikt bij een te hoog cholesterolgehalte. Gemfibrozil kan de werking van repaglinide versterken, waardoor u meer kans heeft op een ‘hypo’. Dit geldt alleen als u al repaglinide gebruikt en u krijgt daar nu gemfibrozil bij. Overleg met uw arts als u deze combinatie voorgeschreven heeft gekregen.
  • Clopidogrel, een antistollingsmiddel. Clopidogrel kan de werking van repaglinide versterken, waardoor u meer kans heeft op een ‘hypo’. Dit geldt alleen als u al repaglinide gebruikt en u krijgt daar nu clopidogrel bij. Overleg met uw arts als u deze combinatie voorgeschreven heeft gekregen.
  • Sommige medicijnen tegen hiv en hepatitis C. Vraag aan uw apotheker om welke medicijnen dit gaat.

Twijfelt u eraan of een van de bovenstaande wisselwerkingen voor u van belang is? Neem dan contact op met uw apotheker of arts.

Kan ik met dit medicijn autorijden, alcohol drinken en alles eten of drinken?

autorijden?
Omdat u kans heeft op een hypo kan het gevaarlijk zijn aan het verkeer deel te nemen. U mag daarom alleen autorijden als u doorgaans een hypo goed voelt aankomen. U kunt hier dan op een goede manier op reageren. Overleg hierover met uw arts.

Let op: ook diabetes kan een reden zijn dat u niet mag autorijden. Hiervoor gelden bepaalde keuringseisen. Wilt u meer informatie over autorijden bij bepaalde aandoeningen? Kijk dan op de website van het CBR.

Mag u wel autorijden?
Houd dan rekening met de volgende adviezen:

  • Rijd alleen als u zich goed voelt.
  • Meet altijd voor u vertrekt uw bloedsuiker.
  • Zorg dat u druivensuiker of suikerklontjes in de auto bij de hand heeft.
  • Heeft u tijdens het autorijden een (dreigende) hypo?
    – Zoek een veilige plek en breng de auto daar tot stilstand.
    – Eet wat druivensuiker of suikerklontjes.
    – Controleer uw bloedsuiker en rijd pas verder als deze hoger is dan 6 mmol/liter.

alcohol drinken?
Alcohol kan een ‘hypo’ veroorzaken en uw lichaam herstelt hier trager van. Drink liever geen alcohol of hooguit 1 glas per dag. Probeer het drinken van alcohol eerst met mate. U kunt dan zelf inschatten of u er veel last van krijgt. Drink de alcohol wel op een gevulde maag, anders is het effect op de bloedsuiker te sterk.

alles eten?
Houd bij wat en hoeveel u eet. Bij diabetes is een goed gewicht erg belangrijk. Als u overgewicht heeft is het daarom aan te raden om af te vallen. Raadpleeg eventueel een diëtist. Daarnaast is het belangrijk dat u de koolhydraten in uw eten zoveel mogelijk over de dag verspreidt. Koolhydraten zitten vooral in voedingsmiddelen als brood, rijst, aardappelen, fris, koek, snoep en chips.

Mag ik dit medicijn gebruiken als ik zwanger ben, wil worden of borstvoeding geef?

Zwangerschap
Overleg met uw arts. U kunt dit medicijn beter NIET gebruiken als u zwanger bent of binnenkort wilt worden. Over het gebruik van dit medicijn tijdens de zwangerschap is nog te weinig bekend. Als u zwanger bent of binnenkort wilt worden, zult u meestal (tijdelijk) over moeten stappen op een insuline. Overleg hierover met uw arts.

U moet tijdens uw zwangerschap onder strikte controle blijven. Grote schommelingen in uw bloedsuiker kunnen schadelijk zijn voor u en voor de groei en ontwikkeling van uw kind. Neem daarom contact op met uw arts zodra u zwanger bent, of dit binnenkort wilt worden.

Borstvoeding
Wilt u borstvoeding geven, overleg dan met uw arts. Het is niet bekend of dit medicijn in de moedermelk terechtkomt en of het schadelijk voor de baby is. Meestal zult u moeten overstappen op insuline of een ander medicijn waarvan bekend is dat u het veilig kunt gebruiken.

Hoe gebruik ik dit medicijn?

Kijk voor de juiste dosering op het etiket van de apotheek.

Wanneer?
Neem de tablet vlak voor elke maaltijd in. Dan heeft u het meeste profijt van het bloedsuikerverlagende effect. Deze maaltijd moet wat koolhydraten bevatten (zoals aardappelen, brood, rijst, pasta). Hierdoor vermindert u de kans op een ‘hypo’.

Vasten
Als u diabetes heeft en u wilt vasten tijdens de ramadan: dit kan uw bloedsuiker ontregelen. U kunt overdag eerder een ‘hypo’ krijgen en ’s nachts kan uw bloedsuiker te hoog zijn door de zware maaltijd (iftar). Overleg met uw arts of apotheker hoe u uw medicijnen moet aanpassen omdat u overdag niet eet. Meestal moet u tijdens het vasten het medicijn op andere tijden en in een andere dosering gebruiken. Ook is het soms nodig tijdelijk over te stappen op een ander medicijn.

Hoe lang?
Als dit medicijn uw bloedsuiker voldoende naar beneden brengt, moet u het waarschijnlijk uw leven lang gebruiken. Het is mogelijk dat u na enige maanden of jaren merkt dat het niet meer zo goed werkt als voorheen. Neem dan contact op met uw arts. Mogelijk kunt u er een andere bloedsuikerverlager or insuline bij gebruiken.

Terug naar overzicht